Een Nederlands bedrijf als Heineken leid je in het Nederlands

door Regina Coeli

Sinds anderhalf jaar staat Fransman Pascal Gilet aan het hoofd van Heineken Nederland. Vanaf het begin was hij vastbesloten om alleen Nederlands te spreken met zijn collega’s. Eerst ging dat in - zoals hij zelf zegt - ‘Jip en Janneke taal’, later ging hij in steeds mooiere volzinnen spreken. In een gesprek kun je hem op weinig fouten betrappen. Het enige waarmee hij zijn niet-Nederlandse afkomst verraadt, is een Frans accent.

Logisch om Nederlands te spreken

“Niemand heeft mij gevraagd om Nederlands te leren toen ik deze functie aanvaardde”, vertelt Pascal Gilet. “Ik was zelf heel gemotiveerd en wel om twee redenen. De eerste is dat ik er trots op ben om Heineken Nederland te leiden. Het is een mooi Nederlands bedrijf, dus is het logisch om ook Nederlands te spreken. Ik wil graag in contact blijven met de mensen. Als ik bijvoorbeeld wil overleggen met een ministerie, vind ik dat ik Nederlands moet kunnen spreken. Zie het zo: het zou ondenkbaar zijn als een buitenlander in de top van het Franse Danone geen Frans zou spreken.    

Een tweede reden is dat ik eerder zes jaar in Nederland heb gewoond. Toen ik vertrok sprak ik geen woord Nederlands. Daar was ik niet trots op. Ik heb toen met mezelf afgesproken dat iedere buitenlander die ik voor een job naar Nederland zou sturen, Nederlands moest leren.” Die afspraak met zichzelf is hij nagekomen, hoewel hij niet kon bevroeden dat hij zelf nog eens zou terugkeren naar Nederland.

Zonder de Nederlandse taal leer je Nederland niet echt kennen


Gilet: “Nederlanders leggen de lat voor expats hoog. Het is hier echt een uitdaging om Nederlands te spreken! Iedereen schakelt over naar het Engels of het Frans. Laten we eerlijk zijn, ik vond het prachtig dat mensen me aanspraken in het Engels of het Frans. Daardoor voelde ik me heel welkom, maar ik leerde het land daardoor niet echt kennen.”

Voordat Pascal Gilet startte als algemeen directeur van Heineken Nederland, bereidde hij zich uitgebreid voor door het leren van de Nederlandse taal. Eerst volgde hij in België een intensieve training in een groep. Daarna stapte hij binnen Regina Coeli om een nog hoger niveau te bereiken.

Voordat Pascal Gilet startte als algemeen directeur van Heineken Nederland, bereidde hij zich uitgebreid voor door het leren van de Nederlandse taal. Eerst volgde hij in België een intensieve training in een groep. Daarna stapte hij binnen Regina Coeli om een nog hoger niveau te bereiken.

Een hele stap om een conversatie te voeren in het Nederlands

Pascal Gilet: “De training bij Regina Coeli was pijnlijk. Het was super moeilijk en ik was volledig kapot op donderdagochtend. Het was voor mij tijdens die training een hele stap om met vertrouwen een conversatie te kunnen voeren in het Nederlands. Daarnaast heb ik me in die week gericht op typisch zakelijke woorden en uitdrukkingen, zodat ik direct vanaf het begin het bedrijf in het Nederlands kon leiden. De training bij Regina Coeli was niet te vergelijken met het intensieve programma dat ik daarvoor volgde, simpelweg omdat dat geen individuele training was en het tempo daardoor minder hoog lag.”

Gecorrigeerd worden op taal

De beste manier om taalkennis te behouden en uit te breiden is door de taal veel te gebruiken en door gecorrigeerd te worden door mensen die de taal als moedertaal hebben. “Ik heb mijn direct reports gevraagd om mijn Nederlands altijd te corrigeren. Ik dank mijn collega’s voor al hun hulp. Dit zegt iets over de kwaliteit van de mensen bij Heineken. Ze laten mensen zich er snel thuis voelen en staan erg open voor anderen. Ik ben daar zeer dankbaar voor.”

Deel deze pagina


Ben je geïnteresseerd in taal en carrière?

Meld je dan aan voor de nieuwsbrief van Regina Coeli en ontvang maandelijks onze laatste blogberichten in je mailbox. 

 
`