Müssen, nicht müssen und nicht brauchen
Müssen, nicht müssen en nicht brauchen zijn in het Duits heel erg belangrijk, omdat door het verkeerde gebruik ervan erg snel een misverstand ontstaat. Het misverstand is voor een Duitser moeilijk te herkennen omdat alle zinnen grammaticaal correct zijn en niet raar klinken. Het gevaar schuilt erin dat u geheel onbedoeld iets anders zegt dan u voor ogen heeft:
müssen = moeten, noodzakelijk zijn
Een Duitser zou Sie müssen in een formele situatie liever niet gebruiken of willen horen. Het is te dwingend.
Ich muss gebruikt men om uit te drukken dat men zelf iets heel noodzakelijk vindt of dat iets heel noodzakelijk is. Vaak hoort bij müssen een consequentie: Ich muss das Angebot morgen schicken. (anders krijgen wij de opdracht niet).
nicht müssen = niet absoluut noodzakelijk, maar (erg) gewenst.
Een Duitser zou nicht müssen tegenover een zakenpartner gebruiken als hij belangstelling voor iets heeft of het graag zou willen hebben.
Hij laat de uiteindelijke beslissing aan de gesprekspartner over: Sie müssen das Angebot morgen nicht schicken. (het is niet noodzakelijk dat ik het morgen ontvang, u bent zeker druk, maar ik verwacht het eigenlijk wel).
nicht brauchen = niet hoeven
Een Duitser zou nicht brauchen (+ zu + infinitief/hele werkwoord) tegenover een zakenpartner alleen maar gebruiken als hij vindt dat iets niet noodzakelijk is om te doen: Sie brauchen das Angebot morgen nicht zu schicken. (Ik heb sowieso morgen geen tijd om het door te nemen of het gaat hier om een planning op lange termijn, het heeft geen haast).
Bent u geïnteresseerd in het volgen van een taaltraining Duits?
De methode Regina Coeli zorgt ervoor dat u snel en effectief een vreemde taal leert spreken. Onze hooggekwalificeerde taaltrainers leren u de taalvaardigheden, woordenschat en grammatica die u nodig heeft in uw praktijksituatie, zodat u direct kunt communiceren in een vreemde taal. Wilt u meer informatie? Neem contact met ons op.